De website van Caecilia Gouda maakt gebruik van cookies.

THE CHRONICLES OF CAECILIA

Wilco Moerman

8 april 1908
Caecilia is opgericht vanuit een Katholiekjongenspatronaat (jeugdclub) door Pater T. Potten. Hij speelde zelf klarinet en wilde met
de oprichting van de muziekvereniging een plek voor ontspanning creëren voor de jongens. De naam voor de vereniging was R.K. Harmonie 'St Caecilia'.
De compositie begint met een (kerk)klok en de klarinet (link met Pater T. Potten) introduceert de eerste tonen van het thema. Het thema wordt uitgebouwd (wederom door de klarinetten) en opbouwende motieven verklanken het opzetten/opbouwen van de vereniging.

1938
Na in 1915 onderdeel te zijn geworden van de Sint Josephsgezellen Vereniging, is de harmonie in 1938 onafhankelijk geworden. De reden was dat het te duur werd voor de St. Josephsgezellen de harmonie te onderhouden. Het idee was de muziekvereniging op te heffen. Een comité, onder leiding van wethouder Th. Artsz, heeft er echter voor gezorgd dat St. Caecilia zich kon afsplitsen. De vereniging wordt afgesplitst en is gered van de ondergang.
Het hoofdthema weerklinkt nu trots en wordt door diverse groepen binnen het orkest gespeeld.

1942
In de oorlog weigerde de vereniging zich bij de cultuurkamer aan te sluiten, waardoor het zich enkele jaren rustig hield. De cultuurkamer
was tijdens de oorlog door de bezetters in het leven geroepen om de cultuursector in de hand te houden. Na de oorlog werden de activiteiten weer opgepakt.
Er hangt onheil in de lucht. Trompetsignalen, piccolo en het slagwerk komen militaristisch over en de vereniging trekt zich terug/houdt zich stil. De emotie wordt verklankt door de soloklarinet die vlagen van en variaties op het hoofdthema speelt. Een heftige oorlog is niet te voorkomen. Het is oorlog. De vereniging bestaat nog wel, maar is niet actief.
Het hoofdthema komt terug, maar niet in de hoedanigheid waarmee de vereniging is ‘opgestart’.
Het einde van de oorlog is in zicht en de overwinning is nabij. Een nieuw thema wordt geïntroduceerd en de draad kan door Caecilia weer opgepakt worden.

1945
De eerste vrouwelijke muzikant werd lid van de verenging. Voor die tijd was het niet gebruikelijk om een gemengd orkest te hebben. Annie Ratten (altsax.), dochter van lid Piet Ratten, was 10 jaar lang het enige vrouwelijke lid tussen alle mannen.
Het thema van de saxofoon (link met Annie Ratten) klinkt nog iets onwennig zo na de oorlog, maar verklankt wel een gevoel van trots en blik naar de toekomst. De link met de oprichting van het orkest door een klarinettist wordt gemaakt doordat de akkoorden onder de solo doorlopend door de klarinetten gespeeld wordt (stabiele factor/bloed door de aderen van de vereniging).

Jaren ‘70
De bezetting van de vereniging is soms een issue. Ledenaantallen lopen terug (jaren ’70) maar in enkele jaren ook (gelukkig) weer op.
Het hoofdthema komt terug in verschillende variaties (klein en breekbaar, maar ook groots en vooruitstrevend).
Het thema dat geïntroduceerd werd door de solo op altsax wordt door het complete orkest nu gespeeld. Wederom met de wisseling tussen diverse secties binnen het orkest startend met de klarinetten (link naar de oprichting van het orkest). Het aftastende van de eerste keer waarin de melodie te horen was heeft nu plaats gemaakt voor een stevigere / zekerdere klank en kracht om de vereniging te laten bestaan/overleven.

Heden
Massief en stoer wordt de laatste passage van de compositie ingezet. Motieven uit het opbouwende hoofdthema aan het begin komen terug waarna door het koper stevig het hoofdthema wordt gepresenteerd. We zijn in het heden, de vereniging floreert! Het hoofdthema wordt door alle instrumentgroepen met trots gespeeld.